085 - 822 66 55 info@acma.nl

Als het dienstverband van een werknemer volledig eindigt, is er geen sprake meer van zakelijk gebruik van de auto van de zaak. De bijtellingsregeling geldt dan niet meer. Maar bij tijdelijke arbeidsongeschiktheid en loopbaanonderbreking blijft de bijtellingsregeling wel van toepassing. In een handreiking legt de Belastingdienst uit hoe dit zit.

Het is mogelijk dat een werknemer die tijdelijk niet werkt, toch de auto van de zaak mag blijven gebruiken van zijn werkgever. Het kan hierbij gaan om bijvoorbeeld tijdelijke arbeidsongeschiktheid of een loopbaanonderbreking. Mag een werknemer dan de auto van de zaak blijven gebruiken voor privédoeleinden, dan blijft de regeling voor bijtelling wegens privégebruik van een auto van de zaak, van toepassing. Want naar verwachting zal de werknemer in de toekomst de auto weer zakelijk gaan gebruiken. Dit geldt overigens ook bij een werknemer die door ziekte de auto helemaal niet kan gebruiken. De auto staat hem dan tenslotte nog steeds ter beschikking. De bijtelling voor de auto van de zaak moeten werkgevers in de aangifte loonheffingen verwerken als loon in natura.

Excessief privégebruik bij tijdelijk geen zakelijk gebruik auto

Let op, een werknemer die tijdelijk uit de running is of zijn loopbaan onderbreekt en nog een auto van de zaak ter beschikking heeft, maakt mogelijk veel meer privékilometers met deze auto. Dan kan de werkelijke waarde van het privégebruik duidelijk meer zijn dan de bijtelling op basis van het algemene bijtellingspercentage. In dat geval is er sprake van excessief privégebruik van de auto. Een werkgever moet dan uitgaan van de hogere waarde van het privégebruik.

Werknemer gaat de auto niet meer zakelijk gebruiken

Stelt een werkgever na het einde van een dienstbetrekking zijn ex-werknemer nog een auto ter beschikking of is een werknemer permanent arbeidsongeschikt? Dan is er geen sprake meer van zakelijk gebruik. De bijtellingsregeling is niet meer van toepassing, want de ex-werknemer gebruikt de auto dan alleen nog voor privédoeleinden. Voor de permanent arbeidsongeschikte werknemer geldt de bijtellingsregeling niet langer vanaf het moment dat naar verwachting de werknemer de auto niet meer voor zakelijke doeleinden gaat gebruiken. Zowel bij het einde van de dienstbetrekking als bij permanente arbeidsongeschiktheid moeten werkgevers de waarde van het werkelijke privégebruik dus tot het loon rekenen.
In deze gevallen waardeert een werkgever de werkelijk gereden privékilometers op de waarde in het economisch verkeer. Die waarde is gebaseerd op het aantal privékilometers vermenigvuldigd met de kilometerprijs en verminderd met de eigen bijdrage van de (ex-)werknemer. De uitkomst hiervan mag per saldo niet negatief zijn. De waarde van het privégebruik is loon uit vroegere dienstbetrekking, dus daarvoor moet een werkgever de groene tabel gebruiken.

Bron: Rendement